Leestijd 11 minuten
De dahlia is enorm gevarieerd in bloemkleur en vorm. De enige kleur die niet voorkomt bij dahlia’s is blauw, verder kun je alle kleuren in alle combinaties vinden. De variatie in bloemvorm is zo groot dat men in de loop van de jaren de dahlia’s heeft ingedeeld in groepen.
Er is geen andere plant waar zoveel cultuurvariëteiten (cultivars) van zijn gekweekt. Welke dahlia’s moet je kiezen, waar zet je ze neer en waarom? Hoe meer je van dahlia’s weet hoe mooier ze worden. In dit artikel leer je alles over de dahlia.
Geschiedenis
De dahlia heeft een lange geschiedenis. Deze planten komen in ons land niet voor in het wild en zullen ook niet snel ontsnappen uit een tuin en verwilderen want de dahlia is niet winterhard. De plant moet dus van oorsprong uit een warm land komen. Dat land is Mexico.
In 1570 stuurde Koning Filips II van Spanje zijn lijfarts Hernandez naar Mexico om daar de planten en dieren te bestuderen. Hij ontdekte planten met gevulde bloemen in veel kleuren die de Azteken ‘acocotli’ noemden. De planten die hij beschreef waren dahlia’s. Op tekeningen uit die tijd zijn alleen gevuldbloemigen getekend en geen enkelbloemigen. Je kunt het Hernandez niet meer vragen, waarschijnlijk heeft hij geen wilde dahlia’s gevonden, maar gecultiveerde in de tuinen van de Azteken. Zij gebruikten dahlia’s als medicijn en aten de knollen.
Vroeger ging het leven langzamer en duurde het eeuwen voordat er informatie uit andere landen kwam. Pas in 1789 stuurde de directeur van de botanische tuin (tuinen met een wetenschappelijk karakter) van de stad Mexico de eerste dahliazaden naar Abbé Cavanilles, stafmedewerker van de Botanische Tuin van Madrid. Het lukte Cavanilles om planten uit het zaad te kweken. Deze planten hadden purperen en rode bloemen. Hij gaf de plant de naam dahlia naar de Zweedse botanicus Andreas Dahl.
Dahliarage
Vanaf die tijd ging het hard met de dahlia’s. Ontdekkingsreizigers, bekende en minder bekende kwekers en zelfs keizerin Joséphine – echtgenoot van Napoleon – , verzamelden de kleurige bloemen en ontdekten steeds weer nieuwe kleuren.
Van 1820-1860 was de dahlia zo populair dat er sprake was van een ‘dahliarage’. De dahlia was toen een echte showbloem en overal in Europa (vooral in Engeland) werden dahlia-tentoonstellingen gehouden.
Nieuwe dahlia’s
Nederland is al jaren toonaangevend op het gebied van dahlia’s en de kleurige bloemen staan nu weer volop in de belangstelling.
Corso’s en tuinliefhebbers
Net zo gevarieerd als de dahlia zijn de belangengroepen die zich om een of andere reden met de dahlia bezig houden. De mensen van de dahliacorso’s kweken hun eigen dahlia’s, want zij weten precies welke kleuren ze nodig hebben en welke dahlia’s het goed doen. De mensen van de dahliaverenigingen kweken perfecte dahlia’s om prijzen te winnen op shows. Dahliaveredelaars (mensen die planten selecteren met de beste erfelijke eigenschappen en nieuwe rassen opkweken) veredelen dahlia’s en zorgen voor kleuren die er nog niet zijn, met stevige stelen voor op een vaas of met donker blad. De tuinliefhebbers willen een rij dahlia’s in de moestuin om van te plukken, een paar laagblijvers voor in een pot en donkerbladige voor in de border.
Tuindahlia’s
Dahlia’s die gebruikt worden voor tentoonstellingen zijn niet allemaal geschikt voor in een border. Prijzen op shows win je met perfecte exemplaren waarbij vooral naar de bloem wordt gekeken. Het blad speelt een ondergeschikte rol. Als je dahlia’s wilt combineren met andere planten dan wordt vaak gekozen voor dahlia’s met donker, fijn ingesneden blad.
Een van de eerste donkerbladige dahlia’s ‘Bishop of Llandaff’ (zie foto hieronder) uit 1928 zorgde een tiental jaar geleden voor een grote doorbraak in het toepassen van dahlia’s in de border. De ‘bisschop’ met zijn halfgevulde scharlakenrode bloemen veroverde de harten van de tuinliefhebbers.
De kinderen van de bisschop
Bloem
De middelste bloemetjes zijn de buisbloemen, de bloemen daaromheen zijn de lintbloemen. De buisbloemen vormen het hart van de bloem en elk bloempje bevat een stamper en meeldraden. De lintbloemen zijn opvallender en bevatten al dan niet elk een stamper.
Dahlia’s worden bestoven door bijen en hommels. Gevuldbloemige dahlia’s bestaan alleen uit lintbloemen.
Wortelknol
Op een stuk van een wortelknol moet altijd een knop zitten. De knoppen worden ook wel ogen genoemd en dat doet dan weer aan aardappels denken. De wortelknol van een dahlia is een verdikte wortel en die heeft geen ogen.
De wortelknollen van bepaalde dahliarassen worden in Mexico nog steeds als voedingsgewas gekweekt, maar de smaak en consistentie worden in westerse landen niet echt gewaardeerd.
Orde op zaken
De groepen zijn ingedeeld volgens de vorm van de bloem en die vorm wordt bepaald door het model van de bloemblaadjes. Bij een aantal groepen wordt onderscheid gemaakt in vijf groottes, namelijk:
- Giant XL
- Grootbloemig (Large L)
- Middelgroot (Medium M)
- Kleinbloemig (Small, S)
- Miniatuur (Miniature XS).
Zo zal een bezitter van een natuurlijke tuin enkelbloemige, ster- of pioenbloemige dahlia’s kiezen omdat zij door hun open hart bijen aantrekken.
Classificatie, indeling in Groepen
1. Enkelbloemige Groep
2 Anemoonbloemige Groep
3. Halskraag Groep
4 Waterlelie Groep
5 Decoratieve Groep
6 Bal Groep
7 Pompon Groep
8 Cactus Groep
9 Semi-cactus Groep
10 Overige Groep
11 Gefranjerde Groep
12 Ster Groep
13 Gevuldbloemige Ster Groep
14 Pioenbloemige Groep
Dahlia’s in de tuin
Daarom werd de dahlia vaak in de moestuin gekweekt omdat moestuinplanten ook graag beschut, zonnig en in voedzame grond staan. In de border is het voldoende om in het plantgat goede tuingrond of compost te doen.
Als ze volop groeien en bloeien houden ze wel van een handje beendermeel of aardbeienmest. Dahliaknollen kunnen vanaf februari besteld worden, maar mogen dan nog niet buiten in de volle grond geplant worden.
Dahlia’s kunnen vanaf half april geplant worden, mocht er nog een keer nachtvorst komen en de plant is net boven de grond zet er dan een omgekeerde bloempot overheen. Knollen die al uitgelopen zijn en stekken mogen pas na half mei worden geplant.
Slakken en steunen
Je kunt dahlia’s ook eerst in een pot planten en pas in de tuin zetten als ze goed aan groeien zijn. Over de uitlopende planten kan een ring van een petfles of van koper in de grond worden gezet wat helpt tegen de slakken. Zorg dat dahlia’s altijd voldoende water krijgen.
Verwijder altijd de uitgebloeide bloemen, met steel en al, anders houden ze op met bloeien en richten hun aandacht op het produceren van zaad. Pluk vooral boeketten, hoe meer je plukt hoe meer ze bloeien.
Steun hoge rassen op tijd - voor ze omvallen – met rijshout (vertakt snoeihout) en zet ze in de border tussen weefplanten, zodat ze elkaar steunen. Dahlia’s kunnen in de grond blijven zitten tot de eerste nachtvorst, wat vaak rond eind september is.
Haal ze daarna uit de grond, knip de stengels af en laat ze een paar dagen (ondersteboven) drogen. Ze kunnen overgehouden worden in een kartonnen doos (eventueel gevuld met zaagsel of stro), op een vorstvrije, droge plaats waar het niet mag tochten anders drogen de knollen uit.
Potplanten
Dahliatuinen
Elk jaar wordt het Holland Dahlia Event gehouden waar behalve op deze twee locaties nog meer plaatsen zijn om dahlia’s te bekijken.
Deel je vragen
Wij vinden het leuk inspiratie van jou te ontvangen. Heb je zo na het lezen van dit artikel nog onbeantwoorde vragen? Of wil je gewoon laten weten wat je ervan vindt? Deel het met ons! We horen het graag.
Ja, ik heb vragen